Wanneer worden we nu eens woedend?!

Door Ingrid Wolsing op 16 oktober 2019

17 oktober is uitgeroepen tot de wereldarmoededag. Op die dag staan we stil bij het feit dat bijna 1 miljoen mensen in Nederland dagelijks de gevolgen van armoede ondervinden.

Er bij stil staan is goed. Er aan denken. Maar ik vind dat veel te passief. Eigenlijk moeten we ons kwaad maken om het feit dat in een welvarend land als Nederland, met een overheid die miljarden overhoudt, nog steeds mensen in armoede leven. En het zijn er veel. Veel te veel.

We gaan er vaak van uit dat het alleen maar om mensen met een bijstandsuitkering gaat, maar Nederland heeft ongeveer 220.000 werkende armen. Mensen die werken maar een te laag salaris hebben om de bestaanskosten, die de laatste jaren alleen maar gestegen zijn, te betalen. De lasten zijn gestegen maar de lonen niet. En 1 op de 10 kinderen groeit op in armoede.

Armoede komt door een te laag bestaansminimum en door de schuldenproblematiek. Grote schulden en armoede versterken elkaar en door de incasso-industrie wordt het er niet beter op. Een schuld van 500 euro loopt al snel op tot 1250 euro door de incassokosten.

Er zijn allerlei landelijke regelingen en lokale initiatieven die iets doen voor mensen die in armoede en met schulden leven. Ook onze gemeente heeft diverse regelingen en organisaties zoals de voedsel- en kledingbank, stichting leergeld, Solidariteitsfonds, Kiwanis, schuldhulpmaatje die allemaal op hun manier wat betekenen voor mensen die in armoede leven. Maar helaas zijn dit alleen maar pleisters en lost het structureel dit grote probleem niet op. Het is duidelijk dat hoe minder geld je hebt, hoe ingewikkelder jouw leven is door het oerwoud aan regelingen!

De oplossingen moeten dus radicaler, willen we de armoede echt stoppen.

De PvdA landelijk is een armoede-offensief gestart. Ik was eerst wat huiverig omdat ik bang was dat het weer wat, goedbedoelde, budgetten zouden zijn om tijdelijk iets op te lossen. Ik ben bij de presentatie geweest en ik ben erg enthousiast omdat het daadwerkelijk radicale regelingen zijn. Goed doordacht en reëel.

Een paar voorbeelden:

  • Verhoog het bestaansminimum. Daarmee gaan niet alleen de allerlaagste lonen omhoog, maar ook de bijstandsuitkeringen, AOW en WIA.
  • Alle kinderen moeten mee kunnen doen en om dat te realiseren komt er extra geld uit Den Haag.
  • De overheid moet uitgaan van vertrouwen en mensen helpen: met een toeslagenhulp; met 1 deurwaarder per gezin; met incasso’s en uitbetalingen op 1 dag en door 1 organisatie.
  • Door het creëren van nieuw werk voor mensen die nu nog aan de zijlijn staan: publieke basisbanen.

Praktische en duurzame oplossingen. Nu nog voldoende steun om de plannen te realiseren.

Aan mij zal het niet liggen. Want iedereen moet: “ Zeker zijn dat je een toekomst kunt opbouwen.”

Ingrid Wolsing

Ingrid Wolsing

Woont: In Beek Dit ben ik: Ik ben vanaf mijn studententijd politiek actief. Enkele jaren na mijn studie ben ik weer in Didam gaan wonen en wilde ik mij met de lokale politiek bezig houden. Ik ben toen lid geworden van de PvdA omdat dat de partij is die het dichtst bij mijn idealen staat.

Meer over Ingrid Wolsing